Het is fijn, gezond zelfs, om je goed te voelen. Behaaglijk op de bank met een serie. Je zintuigen wakker door een mooie ervaring. Of genietend van een lekker wijntje of verfrissend ijsje.

En wat doen we als het goede gevoel weer op zijn retour is, als de zoetigheid verwatert? Dan nemen we meer. Nog een cursus, nog een paar schoenen, nog een ijsje. En nog één, en nog één. Alles om dat fijne gevoel in stand te houden.

Daar zijn we niet bij gebaat.

Want teveel van het goede is ongezond. Teveel zoet, vet en drank kan leiden tot ziekte. Teveel social media holt onze aandacht uit en teveel aankopen maken ons financieel kwetsbaar.

Daarnaast kan het nastreven van steeds fijne gevoelens ook een manier zijn om vervelende gevoelens uit de weg te gaan. Wat er eigenlijk is als we met onze aandacht wat dieper naar binnen gaan.

Een stuk angst of verdriet. Een gevoel van zinloosheid of eenzaamheid. Of het gevoel dat we onszelf eigenlijk niet mooi of goed vinden. Er zijn nooit genoeg ijsjes om deze bodemloze put mee te vullen.

Sterker nog, vervelende gevoelens en ervaringen zijn juist goede gidsen, mits we de bron van het ongemak opzoeken en leren en helen wat er te leren en helen valt.

Hier is niet alleen moed voor nodig, maar ook de capaciteit om onszelf te begrenzen. Met andere woorden: de wilskracht om nee te zeggen tegen het urgente gevoel van ‘meer!’ en wat draagkracht om het gevoel van ongemak te verduren.

Maar ook als er geen oude pijn onder je vierde ijsje zit, kan het heel gezond zijn om jezelf – of degene met wie je een relatie hebt – te beperken. Het creëert rust en ruimte waarin vernieuwende processen aan bod kunnen komen.

Op een verantwoorde manier vasten bevordert de gezondheid. En een kind dat zich verveelt en dan niet meteen wordt afgeleid door schermpjes, kan nieuw spel ontwikkelen.

Een volwassene die zichzelf vluchtig plezier ontzegt, kan ontdekken dat er een diepere, nochtans latente behoefte of verlangen kan gaan opbloeien.

En dan kun je jezelf iets geven dat, anders dan bij vluchtige ervaringen, van blijvende waarde kan zijn. Een beperking die dus verrijkend is.